Zootrope

De zoötroop is een van de eerste animatie-apparaten waarmee bewegende beelden kunnen worden bekeken. De zoötroop werd in 1834 uitgevonden door de Britse wiskundige William George Horner (1786–1837). De zoötroop bestaat uit een rechtopstaande cilinder met verticale sleuven. Wanneer de cilinder wordt rondgedraaid kan men door de sleuven de plaatjes zien, die aan de binnenzijde van de cilinderwand zijn gemonteerd. Deze plaatjes kunnen tekeningen of foto’s zijn. Doordat de plaatjes steeds maar kort zijn te zien, lijkt het alsof de afbeeldingen in elkaar overvloeien, waardoor de illusie van bewegende beelden ontstaat.

Mats De Cock vertaalde het oude analoge principe van de zoötroop naar een digitale versie. In plaats van tekeningen gebruikte Mats verschillende maquettes van een ruimte die hij in stervorm op een ronde plaat monteerde. En in plaats van cilinder met een gleuf waardoor telkens meer 1 animatie oplicht, gebruikte hij een flikkerende led. De lichtfrequentie van de led is afgestemd op de rotatiesnelheid van de schijf, zodat het lijkt alsof de schijf een stilstaand beeld animeert, alhoewel ze in werkelijkheid aan ongeveer 33 toeren per minuut in het rond draait. Hoewel je in werkelijkheid kijkt naar verschillende rond draaiende ‘ruimtes’ lijkt het alsof je maar één stilstaande ruimte ziet, die door de artefacten van de maquette steeds lichtjes veranderd en beweegt.